Les 4
complexe sprongen
Welkom bij les 4. In les 4 gaan we sprongen inoefenen die heel wat complexer zijn. Schrik niet ze zijn niet onmogelijk. Geef zeker niet op wanneer het niet van de eerste keer lukt, maar blijf proberen. Ben je opgewarmd? Nee, doe eerst de opwarming. Zo ja veel succes met de les.
Aan deze les moet je minstens 35 minuten werken en maximum een 50 tal minuten. Bij elke oefening staat er hoe lang je ongeveer moet werken. Na elke oefening krijg je 2 minuten rust.
Voor je begint met springen, kijk uit dat je niemand anders raakt met je touw of je touw ergens achter kan blijven haken. Zorg ervoor dat er niets of iemand zich in een straal van 1,5 meter bevind.
oefening 1: Double under
uitvoering:
Bij de double under maakt de springer een dubbele omwenteling met het touw in 1 sprong.
- Spring 10 keer achterelkaar zonder dat het touw blijft hangen.
- Moeilijker: doe 3 dubbel unders na elkaar.
- Makkelijker: Je moet niet meteen blijven springen.
- Werk 10 minuten.
Aandachtspunten:
- Draaien uit de polsen
- Snel draaien
oefening 2: Double under cross open
uitvoering:
Bij deze trick combineren we de double under en de criss cross van les 2. De springer zal een dubbele ontwenning maken met het touw, terwijl zijn armen gekruist zijn.
- Spring 10 keer achterelkaar zonder dat het touw blijft hangen.
- Moeilijker: doe deze oefening zonder tussen sprongen.
- Makkelijker: normale double under.
- Werk 10 minuten.
Aandachtspunten:
- Draaien uit de polsen
- Snel draaien
oefening 3:
uitvoering:
De springer zwaait het touw over zijn hoofd en brengt zijn rechterarm langs binnen onder het rechterbeen dat geheven is. Hij springt dan op zijn linkerbeen over het touw. Wanneer het touw weer over zijn hoofd komt, brengt hij zijn rechterhand van onder zijn been bij zijn linkerhand en doet een 'side swing' links. Hij springt dus maar één keer over zijn touw.
- Spring 10 keer achterelkaar zonder dat het touw blijft hangen.
- Moeilijker: kruis je armen tijdens de oefening (Elephant: zie filmpje hier boven).
- Makkelijker: voer de oefening uit zonder touw.
- Werk 10 minuten.
Aandachtspunten:
- Arm ver genoeg onder het been steken (je moet kunnen wuiven naar iemand).
- Het been omhooghouden tot je het touw terug kan zien.
- Naar voor blijven kijken.
oefening 4: Caboose
uitvoering:
De springer vertrekt met het touw achter de voeten en benen gespreid op schouderbreedte. Terwijl hij het touw over zijn hoofd zwaait, buigt hij zijn romp voorover en brengt hij zijn armen gekruist tussen en achter zijn benen. Het touw draait vervolgens verder rond en landt voor zijn voeten. De springer springt dan over het touw en brengt zijn armen terug opwaarts waarbij het touw van tussen benen naar voor trekt. Hij draait ten slotte zijn armen door naar achter en springt achterwaarts over het touw.
- Spring 10 keer achterelkaar zonder dat het touw blijft hangen.
- Moeilijker: De oefening omgekeerd uitvoeren.
- Makkelijker: oefening vertraagd uitvoeren.
- Werk 10 minuten.
Aandachtspunten:
- De armen worden niet ver genoeg gekruist achter de knieën.
- Draaien uit de polsen.
einde
Heb je elke soort sprong 10 maal achter elkaar gedaan?
Indien de oefening te makkelijk was, de moeilijkere oefening geprobeerd?
Kies zelf 2 oefeningen uit, film deze 2 oefeningen en stuur naar Witse.trappeniers@student.kdg.be
Oefeningen doorgestuurd?
Als je op elke vraag "ja" hebt geantwoord, ga door naar de cool-down.